Als de balans tussen de werkbelasting en de belastbaarheid van medewerkers verstoord raakt, spreken we van werkdruk. Een te hoge (maar ook een te lage) werkdruk kan leiden tot psychische en fysieke gezondheidsklachten, zoals werkstress of een burn-out of bore-out.
Op deze pagina
voorbeelden van werkdruk (en het verschil met werkstress)
Werkdruk kan ontstaan door:
-
te weinig tijd hebben om bepaalde taken goed uit te voeren of doelstellingen binnen de deadline te halen
-
werk dat niet aansluit bij je opleidingsniveau of ervaring
-
te zware verantwoordelijkheden of te hoge kwaliteitseisen.
Maar ook door:
-
werk hebben dat je op je sloffen af kunt
-
te weinig uitgedaagd worden om jezelf te ontwikkelen
-
te veel tijd hebben om bepaalde doelstellingen te halen.
Op het Arboportaal staat een opsomming van de gevolgen die werkdruk kan hebben voor je personeel. Daarnaast vind je er tips voor het verminderen van de werkdruk voor je medewerkers.
de rol van de werkgever bij werkdruk
Volgens de Arbowet ben je als werkgever verplicht een beleid te voeren dat zorgt voor het voorkomen en bestrijden van werkdruk/werkstress. Een belangrijk hulpmiddel hierbij is de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Uit de RI&E moet duidelijk worden welke maatregelen je neemt om werkdruk en werkstress tegen te gaan. Daarnaast ben je verplicht het personeel voor te lichten over de risico’s en de maatregelen die het bedrijf heeft getroffen om werkdruk te voorkomen. Ook staan in veel cao’s afspraken hierover. Bijvoorbeeld dat je in je bedrijf een bepaalde minimale personele bezetting moet hebben. Sommige van deze afspraken zijn opgenomen in een arbocatalogus. Naast de cao-afspraken hebben sommige (vooral grote) bedrijven ook regels opgenomen in het bedrijfsreglement of personeelshandboek.
de rol van de medewerker bij werkdruk
Medewerkers moeten in eerste instantie zelf in de gaten houden dat ze voldoende pauzeren, een goede planning maken en overwerk zoveel mogelijk beperken.
Lukt het niet om pauze te houden of alles in een planning te krijgen, dan is het belangrijk dat medewerkers aan de bel trekken, aangeven wat ze nodig hebben en het gesprek hierover starten. Dit voorkomt dat werkdruk onnodig hoog oploopt.
Een klacht is aan de orde als medewerkers signalen hebben afgegeven over de werkdruk en wat er nodig is, maar de werkgever niet overgaat tot actie. In dat geval kunnen medewerkers in gesprek gaan met hun leidinggevende en collega’s. Helpt dat niet, dan kunnen ze terecht bij een vertrouwenspersoon in het bedrijf, de bedrijfsmaatschappelijk werker, bedrijfsarts, HR-medewerker of iemand van de ondernemingsraad.